Yannick Cadiou

Als wijnboer heb je niet zo veel te maken met bomen, zou je denken. Toch laat wijnboer en wijnmaker Yannick Cadiou, eigenaar van een klein domein in Chablis, zich inspireren door een boek van Peter Wohlleben over het geheime leven van bomen. Bomen vormen via boven- en ondergrondse verbindingen een harmonieus netwerk met elkaar en hun omgeving. En dat doen wijnstokken ook. En voor Cadiou is dat netwerk het allerbelangrijkst bij zijn werk in de wijngaard.

Het is een wijze man, die Cadiou. Hij ziet niet zo veel in technische hulpmiddelen. Hij proeft zelf wel of zijn druiven rijp zijn, hij oogst ze met de hand en hij laat de wijn in de kelder zo veel mogelijk met rust. ‘Hoe minder je eraan sleutelt, hoe beter het is.’ Rijping is bovenal een kwestie van rustig afwachten tot de wijn zijn complexiteit onthult.

Dat klinkt alsof het allemaal vanzelf gaat, maar zo is het natuurlijk niet. Yannick Cadiou studeerde landbouwkunde en oenologie en heeft bijna dertig jaar ervaring als hoofd-wijnmaker bij het topdomein Laroche in Chablis. Het is niet van ‘laat maar waaien’; hij werkt uiterst zorgvuldig en vakkundig. Als Cadiou zijn druiven proeft om te zien of ze oogstrijp zijn, weet hij exact waar hij op moet letten. Hij oogst op het moment dat de druiven nog net wel naar citrusvruchten smaken en nog net niet naar rijpe peer, want dan ben je te laat, zegt hij.

Cadiou bottelde zijn eerste eigen wijn in 2018. De bodem van zijn percelen zit vol kalk – zowel in de vorm van kiezels als in die van kimmeridge, een bodemtype dat zo’n 155 miljoen jaar oud is en veel zeefossielen en mineralen bevat. Het geeft de chardonnaydruiven die er groeien een kenmerkende puurheid en strakheid, en de wijnen een fantastisch zuivere, zilte, zeer gelaagde smaak, met schitterend fruit en opwekkende zuren. Cadiou voegt een minimale hoeveelheid sulfiet toe en klaart de wijnen niet, zodat er geen druppel smaak verloren gaat. Puurheid en precisie, daar is het hem om te doen. En ondanks – of dankzij? – zijn rustige aanpak is dit wijn waar het leven van afspat.